top of page

             Kinderen, pubers, (jong) volwassenen, koppels en gezinnen.      

 

 

* Je hebt het gevoel dat er iets schort, maar je weet niet wat.

 

* Je twijfelt aan jezelf, aan jouw kunnen.

 

Je vindt het moeilijk om jezelf uit te spreken, grenzen te    

     trekken.

 

Jouw relatie lijkt vast gelopen. Je lijkt elkaar niet meer te begrijpen.

 

* Je vindt jouw plaats niet in het gezin waarin je leeft.

 

Je zoekt naar een beter contact met je ouders. Je zou met hen      willen spreken maar weet niet hoe.

 

Je hebt moeite om een pijnlijk afscheid te verwerken.

 

Ziekte heeft jouw levenskwaliteit verminderd,  je wil jezelf         

    opnieuw situeren.



 

 


 


 

 

Voor wie?

bottom of page